Welkom op de site van het Monument voor Jonge Verkeersslachtoffers

Onthulling Monument

 

De uitnodiging:

 

Hieronder zijn foto’s te zien van de onthulling van het monument.

 

Verschillende mensen hebben indrukwekkende woorden gesproken tijdens de onthulling. Er waren honderden mensen bij aanwezig.

 

Speech voor de onthulling van het monument voor jonge verkeersslachtoffers in Nuenen C.A. d.d. 10 april 2005 door drs. R.H. Augusteijn, gedeputeerde Provincie Noord- Brabant

_______________________________________________

Een dodelijk verkeersongeluk heeft grote emotionele gevolgen voor degenen die achterblijven.

Vaak wordt p de plek van het ongeluk een zogenaamd berm-monumentje opgericht.

Een gedenkteken, dat voor de nabestaanden een bijdrage kan leveren in de verwerking van het verlies van dierbaren. Een teken van troost.

De provincie Noord-Brabant heeft daar veel begrip voor en wil het plaatsen van gedenktekens langs de weg, in de vorm van bijvoorbeeld een gedenktegel, toestaan.

Waarom een gedenktegel? Dan is er het gedenkteken.

Een blijvende herinnering, maar een herinnering die rekening houdt met de veiligheid van de weggebruikers.

Een gedenkteken mag door vorm en kleur uiteraard niet de aandacht van de weggebruikers zo afleiden dat opnieuw een ongeluk gebeurt.

Uw Stichting heeft het initiatief genomen om voor alle jonge verkeersslachtoffers en hun nabestaanden een kunstwerk te laten vervaardigen op een plek waar veel verkeer langs komt.

Een herinnering voor alle nabestaanden.

Op deze plaats is wacht de jeugd iedere morgen op elkaar om samen naar school te fietsen.

Het kunstwerk dat hier onthuld wordt is de verbeelding van emoties rondom verslagenheid en verdriet maar vooral hoop voor de toekomst.

Het is bijzonder dat jongeren inspraak hebben gehad bij de keuze van de kunstenaar en het ontwerp van het monument.

Ik hoop dat dit gedenkteken een plek zal zijn ter herdenking en troost voor ouders, vrienden en familie van verkeersslachtoffers in het algemeen.

En ik hoop dat het monument tevens alle verkeersdeelnemers die hier langskomen doet beseffen hoe belangrijk het is om de veiligheid in het verkeer te bewaken.

 

 


Toespraak bij gelegenheid van het onthullen van het monument voor jonge verkeersslachtoffers op 10 april 2005.

 

Jan Boelhouwer, lid van de Tweede Kamer

_______________________________________________________

Ik zat nog op de lagere school toen ik voor de eerste keer in mijn leven geconfronteerd werd met een jeugdig verkeersslachtoffer. “Ze had niet goed uitgekeken en moest daarvoor met haar leven de prijs betalen” was de conclusie van de onderwijzer van de zesde klas. Een zin van een oude wijze onderwijzer, zo plechtig uitgesproken dat die nu na 45 jaar nog steeds in mijn geheugen zit gebeiteld. We zijn met de klas nog naar de plek geweest waar het gebeurd was. Nadat er op dezelfde kruising in de loop van de jaren erna nog een paar slachtoffers waren gevallen, zijn er structurele maatregelen genomen: een paar zinloos verspilde mensenlevens te laat dus. Toen ik nog maar net studeerde overleed degene waar ik mijn hele middelbare schooltijd op school naast had gezeten. Vijf jaar lang vijf dagen per week, en dan ineens komt er een eind aan een jong en veelbelovend leven. Beide gebeurtenissen herinner ik me nog tot op de dag van vandaag. Het is nog maar sinds een paar jaar dat ik er ’s nachts niet meer van wakker schrik. Of het aan mij ligt of niet, daarvan heb ik geen idee, maar ook de andere jeugdige verkeersslachtoffers die daarna nog in mijn familie- vrienden- en kennissenkring vielen kan ik mij uitstekend voor de geest halen.

Ieder weekend fiets ik op mijn racefiets door Brabant. Om de zoveel kilometer word ik geconfronteerd met het ergs dat er is gebeurd. Er brandt een kaarsje, er hangt een fotootje aan een boom, verse viooltjes met een klein kruis in de berm, enzovoorts. Eens in de zoveel tijd komt er een nieuwe plek bij, die je dan in de loop der jaren ziet veranderen. Eerst de verse bloemen, vaak nog in de plastic verpakking, speelgoed beestjes, tekeningen en briefjes met wanhopige teksten van vrienden ernaast. Na verloop van tijd verandert de plek, maar de behoefte om iets te hebben waar een herinnering levend kan blijven, is enorm. Er zijn welhaast ontelbare plekken in Brabant waar op deze wijze herdacht wordt en waar mensen nieuwe hoop proberen te putten uit de fatale ramp die zich zo plotseling in hun leven ooit voltrok.

Het is een fantastisch idee om al die relatief kleine krachten te bundelen en op die manier meer kracht en meer macht te krijgen. Een monument ter herdenking van al die jeugdigen die slachtoffer werden in het verkeer bundelt al die kleine krachten en moet leiden tot collectieve bezinning en collectieve bewustwording van de noodzaak daadwerkelijk iets te doen. Daar is deze plek voor. En ik hoop dat hierdoor een begin kan worden gemaakt met een jaarlijks moment van collectieve bezinning in Brabant. Wat zou het mooi zijn als onze commissaris van de koningin, die gelukkig ook lid is van het comité van aanbeveling, het voor elkaar kan krijgen dat er jaarlijks op één dag in Brabant even stil gestaan kan worden bij de zo talrijke jeugdige Brabantse slachtoffers. Al wordt daar maar een keer per jaar het moment van stilte voor gebruikt dat de Provinciale Staten in acht nemen bij het begin van iedere Statenvergadering. Een klein gebaar met grote gevolgen. Dat moet wat mij betreft dit monument zijn. Ik wens ons allen toe dat we vandaag aan het begin staan van iets dat ons een berustende rust kan geven en dat in ons bewustzijn, in ons denken en in ons doen uitgroeit tot bezinning en preventie.

 


Voordracht van de heer Ligtvoet, burgemeester van Nuenen C.A..   10 april 2005.

Het is, dames en heren, een bijzonder moment. Voor de familie Alfrink, voor hun vele vrienden, voor al diegenen die hier zijn genodigd, waaronder ook velen die beroepsmatig te maken hebben met het beheer en het gebruik van de openbare ruimte. Wie zijn ogen de kost geeft als hij onderweg is, ziet de stille getuigen van leed veroorzaakt door ongevallen. Soms een verbogen vangrail, soms een boom met een wand, soms een herinneringsteken opgericht door familie en vrienden.

Vrijwel altijd zit er een gecompliceerd verhaal bij. Samenloop van omstandigheden, onbegrijpelijke gedragingen van mensen en de effecten daarvan, terwijl het op die plaats toch meestal goed ging. Twijfels en zelfverwijt bij degenen die verantwoordelijkheid dragen. Hadden we maar……

Maar mensen hebben niet altijd kunnen doen of kunnen laten wat misschien beter was geweest.

Veiligheid en het gevoel veilig gebruik te kunnen maken van de openbare ruimte is een maatschappelijke prioriteit en de ontwikkeling daarin is ver voortgeschreden. Toch, als we ‘s-morgens de krant openslaan blijkt het weer gebeurd te zijn. Zomaar ergens een stom ongeluk, weer een samenloop van gebeurtenissen die tezamen een desastreuze uitwerking hebben gehad.

Een dag als vandaag heeft een opdracht in zich. Misschien niet eens zozeer om door meer regels en door meer technische maatregelen de schijn van absolute veiligheid op te roepen, nee, eerder om naast regels en voortschrijdende techniek, mensen op te roepen gezond verstand te gebruiken, hun natuurlijke remmingen te stimuleren, weggebruikers op te voeden en duidelijk te maken dat je pas echt stoer bent als je je aan normen en regels houdt.

Ais je slachtoffer of veroorzaker van een ongeval bent draag je mee dat er buiten je wil iets gebeurd is dat onomkeerbaar is en dat je zult moeten meedragen. Voor nabestaanden van hen voor wie de afloop fataal was, is er ook die martelende vraag. Waarom hij of zij, waarom toen, waarom….?

Verclriet verdooft, maar kan ook kracht geven. Met bewondering heb ik gevolgd hoe het gezin Alfrink de dood van Ted, nu twee en een half jaar geleden, uiteindelijk een plaats wist te geven. We hebben meerdere keren contact gehad over de vraag hoe voor de huidige en voor toekomstige generaties de herinnering en de waarschuwing in een bredere context vorm zou kunnen krijgen. Met vrienden heeft Jaap Alfrink de Stichting Monument voor Jonge Verkeersslachtoffers in het leven geroepen. Het plan voor een landelijk monument rijpte.

Maar hoe, want de wijze waarop mensen met verdriet en herinnering omgaan, verschilt. De Stichting toonde doorzettingsvermogen, zeer velen werden benaderd voor bijdragen en ideeën. Een kunstenaar met ervaring met kunst in de openbare ruimte werd geselecteerd.

Karoly Szekeres is er in geslaagd om “tegenslag, troost en toekomst” op ontroerende wijze uit te drukken. De lokatie die in overleg met de Stichting is gekozen, straalt rust uit aan de ene kant en de dagelijkse drukte aan de andere kant. Het verkeer komt op de rotonde uit 4 richtingen tesamen. De rotonde dwingt weggebruikers naar elkaar te kijken en rekening met elkaar te houden.

Daarmee symboliseert deze lokatie een doeI van het monument. Voor het andere doe! van bezinning en herinnering nodigt de lokatie uit voor iedereen die dat wil. Vandaag kan het monument onthuld worden, het doel is bereikt.

Graag wil ik respect uiten aan de initiatiefnemers. De gemeente aanvaardt dit monument in dank. Oat het Plein College Nuenen het monument heeft willen adopteren legt de verbinding naar het doel om dit monument op te dragen aan jonge verkeersslachtoffers.

Tot slot, ik vond een gedicht van Hans Dorrestijn, genoemd “De bezorgde vader”, Het luidt aldus:

 

Ik heb een kind dat wil ik houden

Kinderen horen niet te sterven
Maar het gebeurt: door autoband of vuur
Door staal, door glas (in splinters of aan scherven)
Door mensenhanden, uur na uur

Zoveel duizend mogelijkheden
En ik heb aanleg voor het visioen
Ik moet veel tijd en energie besteden
Aan wat de Dood hem aan kan doen

Ik ben iemand die zichzelf moet temmen
Ik ga toch al door de hel
Mijn bezorgdheid heeft geen remmen
Men zegt mij: brommers, auto’s wel

Maar mijn bezorgdheid heeft geen remmen
Demp elk kanaal en elke sloot
Twee jaar is hij, hij kan niet zwemmen
Ik wil niet zijn verdrinkingsdood

Overwoeker gras de wegen
Verhinder onkruid elk verkeer
Ik heb een zoon van twee gekregen
En zijn leven is zo teer

 

 


 

Een monument voor wie?

 

Toespraak Peter Elsenaar Voorzitter Vereniging Verkeersslachtoffers

Ter gelegenheid van de onthulling van het kunstwerk in Nuenen op 10 April 2005

Geachte aanwezigen,

Bij het voorbereiden van deze bijdrage van de Vereniging Verkeersslachtoffers stelde ik mijzelf als voorzitter van deze vereniging de vraag tot wie ik mij zou moeten richten, voor wie is het kunstwerk bedoeld? Ik kon mij nogal wat verschillende groepen voorstellen.

Allereerst natuurlijk de familie en vriendenkring die uiting wilden geven aan hun gevoelens. Zoals ik vaker moet vertellen beleven verkeersslachtoffers en hun omgeving in feite twee ongevallen, een op de weg, en een tweede bij de verwerking van het trauma, bij revalidatie in geval van gewonden, in de procedurele nasleep met verzekeringen en instanties. Jaarlijks vallen er in Nederland ongeveer 1100 doden en 19.000 mensen komen in het ziekenhuis terecht. Deze aantallen kunnen als wij dat echt willen worden teruggedrongen. Dankbaar ben ik dan ook de familie dat zij op deze wijze hun verkeersslachtoffer willen gedenken en daarmee de maatschappij willen wijzen op dit probleem..

Want bij dit kunstwerk moet ik ook denken aan alle jonge verkeersslachtoffers. In de leeftijd tussen 16 en 34 jaar vallen de meeste doden, 400. In die categorie is het verkeer doodsoorzaak nummer een. Mensen in de opbouw van hun leven ontvallen ons, terwijl er geen zinnig antwoord is op de vraag die wij ons stellen: Waarom? Had dit voorkomen kunnen worden. Het antwoord is vaak: Ja. En daar kan de maatschappij, weggebruikers anderen die zich met verkeersveiligheid bezig houden als wegbeheerders, politie etc bij helpen. Dit kunstwerk mag een herinnering zijn aan al die jonge mensen wier leven vroegtijdig werd afgebroken.

Bij dit kunstwerk in Noord Brabant moet ik ook denken aan de Brabantse verkeersslachtoffers. Traditioneel is Brabant een van de onveiligste provincies in Nederland. Oorzaken liggen in de ruimtelijke structuur, het dichte wegennet en misschien ook wat in de fijne gemoedelijke cultuur van de Brabanders: het overkomt ons niet. Dit kunstwerk kan ons dagelijks er bij helpen er van bewust te zijn dat wij in deze provincie, en ik woon er zelf ook, als weggebruiker er nadrukkelijk bij moeten stilstaan dat er dagelijks ook mensen zijn die niet meer thuiskomen.

Ongevallen zijn vaak een combinatie van factoren, waarbij de mens een belangrijke rol speelt. Wij kunnen dat zelf beïnvloeden: snelheid, alcohol, afleiding, gordel dragen enzovoort. Gewenning is ook een valkuil. U kent allemaal het bord bij een overweg: er kan een tweede trein komen. Ook deze week was er niet ver hiervandaan een dodelijk ongeval met zo’n tweede trein. Wij weten het maar staan er vaak niet bij stil.

Al deze gedachten komen in je op bij een kunstwerk zoals vandaag onthult wordt. Men zegt wel: “Kunst is gestolde emotie”. Die emotie willen wij tonen, levend houden, met anderen delen. Daarom zijn monumenten langs de weg voor verkeersslachtoffers zo zinvol. In de eerste plaats voor direct betrokken. Maar ook voor andere weggebruikers in de zin van: Hier gebeurde het; het kan ook u gebeuren.

Op iedere derde zondag in November gedenkt onze vereniging, samen met Slachtofferhulp Nederland, de verkeersslachtoffers. Dit jaar vindt op zondag 20 november in Middelburg de 10e herdenking plaats. U bent daar allen welkom, en ik zal ook terugverwijzen naar de gebeurtenis van vandaag. In vele andere Europese steden doen onze zusterverenigingen hetzelfde. Ik nodig ook het Provinciaal Bestuur van Brabant uit om uw provincie daarbij te betrekken. Allen gezamenlijk kunnen wij bestuurders, weggebruikers en politiek, er van doordringen dat wij harder moeten werken aan het terugdringen van het aantal doden en gewonden in het verkeer. En waar een wil is, is een weg.

Ik zal u een ander voorbeeld geven van zo’n andere weg. Vorige maand mocht ik meedoen aan een scholenproject in Roermond. De bovenbouwleerlingen van een school voor Voortgezet en Middelbaar onderwijs hadden verkeersveiligheid aangegrepen voor een school breed project. Natuurkunde, maatschappijleer, beplating en vele andere zaken kwamen aan de orde. Het eindresultaat in een soort lagerhuis debat met kamerleden en andere vertegenwoordigers uit de maatschappij was dat er ca 300 nieuwe verkeersveiligheids-ambassadeurs bij kwamen. En als je dat jong bent geworden gaat het een leven lang mee.

Nederland scoort niet slecht in Europa, wij staan nummer drie op de lijst van veiligste landen in het verkeer. Het zit ons in het bloed om goed te zorgen voor onze leefomgeving. Maar de Europese Commissie wil in 2010 het aantal doden halveren ten opzicht van 2000. Nederland heeft vaak voor andere landen een voorbeeldfunctie gehad. Willen wij in Nederland nummer drie blijven, dan zullen wij ons flink moeten inspannen. Dat kan alleen als wij dat allemaal doen, en in samenwerking. Zowel zelf, als door op onze bestuurders en politici te vragen om meer veiligheid.

Een gezonken schip is een baken in zee. Ik wens u allen toe dat dit kunstwerk de nabestaanden helpt bij de verwerking van het verlies en daar een zinvolle wending aan geeft door ons allen er bij te laten stil staan dat wij ongevallen kunnen voorkomen. Niet iedereen heeft dit verkeersslachtoffer in Nuenen gekend, maar Iedereen kent wel iemand, die verkeersslachtoffer was, daar mag u van mij ook bij stilstaan. Want dat symboliseert dit kunstwerk ook.

Ik dank u voor uw aandacht

 

Tilburg,                                                     Vereniging Verkeersslachtoffers

10 April 2005,                                                       www.verkeersslachtoffers.nl
Ir. P.M.W. Elsenaar                                               (ledenvergadering 23 april 2005
petervvs@cs.com                                                  te Hilversum)

Essay: “Een verkeersslachtoffer is tweemaal slachtoffer”door Ir. P.M. W. Elsenaar in de bundel “Denkend over Duurzaam Veilig” van de SWOV, te vinden op www.swov.nl


 

Toespraak 10 april 2005 door Károly Szekeres, beeldhouwer

________________________________________________________________________

Maart 2003 kreeg ik een brief waaruit ik het volgende samenvat:

 

Op donderdag 28 november 2002 is een 16 jarige jongen verongelukt op de Europalaan in Nuenen. Het ongeval heeft op veel mensen een zeer diepe indruk gemaakt.

Op de plaats van het ongeval is spontaan een herdenkingsplek gecreëerd door vrienden en medeleerlingen van school. Er worden regelmatig verse bloemen gelegd en er wordt even stilgehouden bij deze herdenkingsplek.

Naar aanleiding van dit ongeval is er een stichting opgericht: Stichting Monument Jonge Verkeersslachtoffers.

De stichting wil namens de gemeenschap een kunstwerk schenken aan slachtoffers, nabestaanden en vrienden van alle jonge mensen die getroffen zijn door een verkeersongeval, om hen te laten zien dat wij hen niet vergeten en even stilstaan bij hun verdriet.

Het doel van de stichting is het oprichten van een monument dat voorziet in:

  • een plek ter herdenking en troost voor alle ouders, vrienden en familie van verkeersslachtoffers in het algemeen.
  • een plek voor bezinning voor alle ouders van kinderen die dagelijks aan het verkeer deelnemen.
  • een waarschuwing aan alle verkeersdeelnemers over de mogelijke consequenties van hun gedrag in het verkeer en hun verantwoordelijkheid hierbij.

Het monument moet uiting geven aan de grote schrik van de gemeenschap als een kind een ernstig ongeluk krijgt.

Het moet steun geven aan de ouders, familie en vrienden van de slachtoffers, en tevens een waarschuwing zijn voor alle verkeersdeelnemers. Maar het moet ook symbool zijn voor de hoop en levenslust van de jeugd; de vriendschap, toekomstdromen, de dynamiek en vrolijkheid.

Het monument moet eenvoudig toegankelijk zijn, niet te abstract.

Voorzover een gedeelte uit deze brief samengevat.

 

In reactie hierop dankte ik de stichting voor de eervolle uitnodiging en ben toen gaan nadenken hoe aan deze wensen uiting te geven.

Een monument ter herdenking, troost biedend en waarschuwing gevend en tegelijk dienend als een plezierige verblijfplaats voor passanten, niet treurig maar ingetogen en uitnodigend voor de jeugd.

De locatie aan de Europalaan is een belangrijk onderdeel van het monument. Het is een ruim bemeten schuin aflopend grastalud ingeklemd tussen een drukke verkeersweg en een rustig water met hoge bomen en struiken.

Door dit gegeven en na oriënterende gesprekken met de stichting ben ik tot het volgende ontwerp gekomen.

Door halverwege dit aflopende talud een muur te plaatsen aan de straatzijde één meter hoog verkrijg je aan de waterkant een muur van 1,60 meter hoog en tevens beschutting voor mensen die er plaats kunnen nemen op één van de bankjes. In de luwte van deze plek uit het zicht van het voorbij razende verkeer krijgt de bezoeker enige privacy en de kans op rust en bezinning. De 1,60 meter hoge muur biedt daarnaast ruimte voor het aanbrengen van teksten of gedichten.

Op de muur zitten drie jonge mensen. Drie sculpturen in brons, naturalistisch, naakt en levensgroot.

Een ervan maakt een verslagen, verloren en in zichzelf gekeerde indruk.

Hij is het slachtoffer, in ons geval van het verkeer, maar er is ruimte voor een ander invulling. Iedereen kan zich wel iemand voorstellen die in een dergelijk situatie van verslagenheid is terechtgekomen.

De andere figuren, een jonge en een meisje, zoeken troost bij elkaar. Ze hebben de armen om elkaar heen geslagen. Het meisje zoekt contact met het slachtoffer, ze strekt haar arm uit in een poging hem aan te raken, te troosten, te helpen. De jongen houdt haar vast, troost haar, maar wil tegelijkertijd zeggen dat ze er zich bij neer moet leggen en hij vraagt zich af hoe het nu verder moet. Hij is bezorgd over zijn vriend en zijn vriendin. Hij staart naar de horizon, omdat daar het antwoord ligt. In de toekomst.

 

Een deel van de muur is onbezet. Er kunnen mensen op plaats nemen, even zitten. Zij vullen zo de groep aan en symboliseren dat het leven doorgaat.

De speciale inbreng van de jonge doelgroep is bij dit project kenmerkend en vrij uniek te noemen. Door het voeren van meerdere gesprekken met deze jongeren vond er een soort wisselwerking van ideeën plaats.Ook hebben zij bijdragen geleverd voor de teksten op de muur en enkele hebben zelfs in mijn atelier model gezeten.

Langzaam aan wordt ook de naam voor de beeldengroep bepaald. Wat wordt het? Tegenslag, Troost, Toekomst? Tranen, Troost, Toekomst?

Aan de straatzijde van de muur komt in iedergeval “PLOTSELING DICHTBIJ…”.Voor de gedichten aan de waterzijde zijn al veel inzendingen. Dat wordt nog een moeilijke klus.

Er waren ook mensen die opmerkten:  Worden de kinderen naakt uitgebeeld? Is dat natuurlijk? Iemand zij dat het wel erg onnatuurlijk is, dat jongeren op een muur, naakt in elkaars armen elkaar proberen te troosten.

Naakt zijn, bloot stellen, kwetsbaar, ontdaan van alle opsmuk.

Welk hout gebruiken we voor de banken? Tropisch hardhout? Of een volwaardig alternatief hiervoor? Stagiaire Vera stelt voor de Robinia pseudoacacia te gebruiken. Zij heeft de banken ontworpen. Ook wordt inmiddels een definitieve keuze gemaakt voor de kleur van het graniet waarmee de muur bekleed wordt.

Het werk aan de beelden vordert gestaag. Het afgieten van het dubbelbeeld “Troost en Toekomst” is voor bronsgieter Hans Stijlaart uit Waardenburg een lastige klus die hij uiteindelijk weet te klaren. Steenhouwer Adrie Tempelaars  heeft voortreffelijk werk geleverd met het vele graveerwerk in het keiharde graniet.
Tenslotte wil ik Jaap Alfrink, het stichtingsbestuur en verder iedereen heel erg bedanken voor de bezielende wijze waarop samengewerkt is bij de totstandkoming van dit monument.

 


 

Toespraak Jaap Alfrink, voorzitter Stichting Monument jonge Verkeersslachtoffers  dd.10 april 2005.

____________________________________________________________________

Twee en een half jaar geleden kwam onze Ted op de Europalaan om het leven door een verkeersongeluk. In de berm ontstond al de volgende dag een soort van monumentje. Een foto op de boom met heel veel bloemen en kaarsen eromheen. Dat was het moment waarop ik mij ging interesseren voor de zogenaamde bermmonumenten. En we besloten er voor Ted ook één neer te zetten. Om de plek te markeren. Om te zeggen: dit is geen gewone plek. Een geweldige jongen verloor er zijn toekomst.

In diezelfde periode kwam ik er tot mijn teleurstelling achter dat er, behalve de individuele bermmonumenten, in Nederland helemaal geen monumenten voor verkeersslachtoffers zijn. Nergens een plaats om te gedenken dat er zoveel mensen omkomen of ernstig gewond raken in het verkeer van alledag. En ik vond dat een gemis. En toen ik er met anderen over ging praten merkte ik dat ik niet de enige was. En we besloten zelf een monument op te richten. Met een paar goede vrienden zijn we toen een stichting gestart. De stichting Monument voor Jonge Verkeersslachtoffers.

De stichting wilde namens de gemeenschap een kunstwerk schenken aan slachtoffers, nabestaanden en vrienden van alle jonge mensen die getroffen zijn door een verkeersongeval. Om hen te laten zien dat wij hen niet vergeten en even stilstaan bij hun verdriet.

En nu, twee jaar later, is het dan zover. Het is ons gelukt een monument te realiseren. Ontwerp en uitvoering door de kunstenaar Karoly Szekeres. In overleg met jongeren zijn het drie natuurlijke figuren geworden. Jongeren hebben model gestaan voor die figuren. Ze beelden tranen, troost en toekomst uit.

We hebben veel hulp gekregen. Van bedrijven, scholen en andere instellingen die geld of materialen of arbeid hebben geschonken. Van particulieren die grote of kleine bijdragen gaven, of spulletjes voor het goede doel bij ons kochten. Van de gemeente Nuenen, die deze mooie locatie heeft uitgezocht. En van veel vrijwilligers die op wat voor manier dan ook hebben bijgedragen. We willen hierbij iedereen nog eens van harte bedanken.

Maar ook nabestaanden van verkeersslachtoffers zelf hebben een bijdrage geleverd. Er zijn veel gedichten ingezonden, waaruit we een selectie hebben moeten maken. De gedichten staan op de muur aan de waterkant. Adrie Tempelaars en zijn mensen hebben voor de gedichten alleen al bijna 1100 letters in het graniet gegraveerd. Dat is ongeveer gelijk aan het aantal verkeersdoden in Nederland per jaar. Als u straks de gedichten leest, kunt u zich voorstellen dat elke letter in de gedichten voor een verkeersdode staat. Dat was iemand, gewoon op weg naar huis, naar school of naar het werk. En die is er nu niet meer. En stel u dan voor dat alle andere letters in dat gedicht dan staan voor de direct betrokkenen, de nabestaanden. Het gezin, de familie, de vrienden van het verkeersslachtoffer. Dat zijn bij elkaar erg veel mensen. En dat ieder jaar weer. Stel je dat eens voor. De tol van ons verkeer.

Dit is wel een overpeinzing waard. Ik wil daarom nu graag een minuut stilte vragen. Om te denken aan alle slachtoffers die in ons verkeer gevallen zijn. En die de komende jaren weer zullen vallen. En dan weer, en weer.

Graag een minuut stilte om te denken aan de slachtoffers, de tranen. En aan de nabestaanden, de troost.

 

 

En dan nog iets over de figuur die “toekomst” vertegenwoordigt. Hij is aangeslagen, maar hij kijkt ook vooruit. Je ziet hem denken; hoe moet het nu verder? Misschien is hij wel de belangrijkste figuur op de muur. Hij is degene die ons helpt het leven na een ongeluk weer op de rit te krijgen. Ook is hij misschien degene die nadenkt over hoe het voorkomen had kunnen worden. Hoe kunnen we 1100 doden en 10.000 ernstig gewonden dit jaar, en volgend jaar weer, voorkomen?

Verkeersongelukken gebeuren onverwachts. Van het ene op het andere moment wordt een leven, een toekomst, verwoest. Die auto, die bocht, die boom, zo plotseling dichtbij. En normaal neem je enigszins afstandelijk notie van weer een ongeluk. Maar ineens kan het plotseling dichtbij komen. Ineens is het een collega, of iemand uit je vriendenkring, een klasgenoot, een familielid of iemand uit je gezin. Plotseling heel dichtbij.

Behalve een plek om te herdenken is dit monument ook bedoeld als waarschuwing. Bewustwording van het verdriet dat een ongeval met zich meebrengt. Misschien dat iemand die hier langs rijdt daarna net iets minder risico neemt, iets minder roekeloos is, iets beter oplet. Misschien dat daardoor een keer een mensenleven wordt gespaard. Al is het er maar één, dan wat we met z’n allen gedaan hebben om dit monument te realiseren dubbel en dwars de moeite waard geweest.

Ik heb nu de eer om het monument over te dragen aan de gemeente Nuenen. Zij heeft toegezegd het als geschenk te aanvaarden. In het onderhoud wordt de gemeente geholpen door het Plein College Nuenen. Deze school heeft het monument geadopteerd. Leerlingen van het PCN zullen er voor zorgen dat het hier een prettige verblijfplaats zal zijn. En ze zullen zo meteen de burgemeester helpen bij de onthulling van het monument.

 

Dank u wel.

 

 

 

Vorige Bericht

Laat een reactie achter

© 2024 Monument voor Jonge Verkeersslachtoffers

Thema door Anders Norén